Deze weken lijken bij mij wel maar 1 rode draad te hebben: loslaten. Het begon allemaal een paar maanden geleden, toen kregen we een telefoontje dat een projectontwikkelaar interesse had in ons huis. Weken van onderhandelen en nadenken volgden: wat zouden we doen en vooral waar wilden we naartoe, een appartement voor ons tweetjes maar wat met de volwassen kinderen die ver wonen en willen kunnen overnachten, en wat met praktijkruimte? Met behoorlijk wat overleg zijn we eruit en kunnen we jullie vertellen dat we gaan bouwen. Voor wie in Oostende het parkeerprobleem heeft ondervonden, daar komt dus een einde aan. Vanaf oktober gaan we aan de rand van Oostende wonen als tussenoplossing. De praktijk verhuist mee.
In februari krijgt Ophélie dan weer goed nieuws: ze wordt doctorandus in spé en gaat in augustus naar Purdue University in Indiana. Ze blijft online coachen en zal ook via artikels jullie laten meegenieten van haar avontuur en groei. Ik zal onze krachtige, zeer snelle samenwerking moeten herdefiniëren en onder andere meer rekening gaan houden met haar agenda en het uurverschil.
Gisteren bracht ik dan weer met een lading emoties mijn bejaarde moeder naar het woonzorgcentrum. De dementie is ondertussen zo ver gevorderd dat het thuis niet meer vlot. Het fijne was de warme overdracht van de thuisverpleging en de zorgzame ontvangst in haar nieuwe huis waar wij ons ook welkom voelen.
En morgen vieren wij feest, dan trouwt mijn zoon met zijn Keniaanse schone: ik krijg er dus een dochter bij. Hoe mijn leven in een paar weken tijd er helemaal anders is gaan uitzien: hoe loslaten doorgroeien kan betekenen. Er is heel wat overlegd de voorbije weken, plannen gemaakt, emoties gevoeld en toegelaten, het positieve gezocht in de uitdagingen die het leven brengt maar vooral: ik heb dit niet alleen gedaan. In dialoog met anderen ben ik er geraakt.
Loslaten doe je niet alleen én je voelt je er ook alleen maar goed bij als het op de juiste manier gebeurt.
Wanneer zal hij het dan leren?
Er gaat geen half jaar voorbij of er staat wel ergens in de krant dat we onze kinderen teveel pamperen. Je hoort over “hotel mama” en jongeren die tot ver na hun 30-ste bij de ouders blijven inwonen. Tegelijk hoor je dat het leven steeds duurder wordt. En als moeder van prille twintigers kan ik je meegeven dat het ook niet gemakkelijker is om je carrière op te starten: de verwachtingen liggen veel hoger dan in mijn tijd (dat mag ik ondertussen wel zeggen) maar ook de eigen norm ligt bij hoogbegaafden best een pak hoger.
Die hoogbegaafde mag je dus zeker niet te vroeg loslaten, meer nog, daar staat geen leeftijd op. We laten los wanneer we merken dat de hoogbegaafde student het voortaan echt wel zelf gedraaid krijgt. Voor de een is dat op zijn 16e, voor de ander is dat op zijn 24e. Het is dus helemaal OK om je hoogbegaafde kind te begeleiden, ook al vindt je omgeving dat een luxeprobleem.
Wanneer kun je wel met een gerust (er) hart loslaten?
Van moeder tot moeder zou ik zeggen, eigenlijk ben je altijd wel een beetje bezorgd en dat is goed. Als coach kan ik je meedelen dat er wel degelijk factoren zijn die erop wijzen wanneer je met een gerust(er) hart kunt loslaten. Ik geef je hier dan ook wat van die factoren mee opdat jij ze ook bij jouw kind kan herkennen.
Je warhoofd gaat op kamp en heeft bijna al zijn spullen mee (en zelf ingepakt)
Dat is best wel een goed moment om er wat meer vertrouwen in te hebben dat het de juiste kant opgaat. Perfect hoeft het niet te zijn en je tiener komt mogelijk terug met een half paar schoenen en een jas die niet blijkt in de tas te zitten. Toch kun je hierbij best onthouden dat deze tiener zelf zijn tas heeft gepakt en daarbij heel wat heeft geleerd. Tandenborstel zat erin, voldoende vers ondergoed én alle materiaal dat nodig was voor het kampfeest.
Ondertussen lukt het vaak nog steeds niet om dit gedrag ook te kopiëren naar de wekelijkse sporttas, noch is zijn kamer ineens opgeruimd. Koester het moment en onthoud het dus maar als een eerste teken dat je vele ingrepen vruchten hebben afgeworpen.
Jouw student vergat zijn netjes verpakte maaltijden maar ging wel koken voor zichzelf
Heel wat studenten krijgen wekelijks een aantal warme maaltijden mee naar kot in de veronderstelling dat zij anders niet gezond zullen eten. Nogal wat ouders gaan er ook vanuit dat hun student niet kan koken omdat ze het thuis nooit te zien krijgen. Laat ik je hierin alvast geruststellen. Als studiecoach kom ik op vele kamers en het valt me daarbij steeds weer op dat:
-
De student goed georganiseerd is op vlak van studieboeken én eten.
-
Er vaak een theetje voor me klaarstaat.
-
Het er goed is opgeruimd en een enkele keer als dat niet zo is dat gepaard gaat met vele excuses en uitleg.
-
Er bij de meesten lekker wordt gegeten en neen, zeker niet elke dag pizza op het menu staat.
-
Bij een aantal met sterallures wordt gekookt en gegeten, de Gault Millaut mag daar wel eens langsgaan 🙂
Dus, mama’s en papa’s van hoogbegaafde studenten: je hebt je job goed gedaan. Het is niet omdat het thuis niet lijkt te vlotten, dat ze het niet hebben geïntegreerd.
Geen nieuws is goed nieuws
Een laatste belangrijke tip, eentje die ik zelf ook hanteer: geen nieuws is goed nieuws
Je mag er prat op gaan dat als je kind je nodig heeft hij je wel weet te vinden. Of het nu gaat om lenzen bestellen, je Visa gebruiken of om eens goed uit te huilen, dan hoor je ze gegarandeerd. Wanneer het goed gaat echter… dan zijn ze niet bereikbaar, staat de gsm uit en kan het dagen duren voor je antwoord krijgt via Facebook.
Wat ik je ook kan vertellen, is dat ze eens ze je hulp nodig hebben dat vaak heel dringend zal zijn. Ik krijg ook wel eens boodschappen binnen met een hulpvraag waar ik een uur later tijd voor vrijmaak om te horen te krijgen dat “het nu niet meer nodig is”. Hoogbegaafden staan immers niet bekend om hun geduldig afwachten op de ander noch om het vooruitplannen J Moeders zijn er om te regelen, te fixen en graag zo efficiënt mogelijk.
Wanneer leren ze het alleen te doen?
Onze hersenen ontwikkelen zich van achteren naar voren, de grove motoriek ontwikkelen we eerst en het plannen en organiseren als laatste; Dat is finetuning, zeg maar. Ondertussen weten we dat onze hersenen evolueren en groeien tot onze 28e levensjaar. Het is dus perfect normaal dat je tiener en zelfs prille twintiger nog heel wat niet gepland krijgt.
Er is nog meer… hoogbegaafden die 2E zijn, HB + ADHD, dyslexie, … die kampen vaak met het probleem van de executieve functies, het uitvoerende gedeelte van ons brein. En dat zorgt er dus voor dat zij nog meer moeite ondervinden met plannen en organiseren. Ze willen het dus allemaal wel, maar het lukt ze niet, wat ze knap frustrerend vinden want ze beseffen vaak heel goed wat er allemaal fout loopt.
Blijf ze helpen en begeleiden, maar neem ze niet alle taken uit handen. Net genoeg om hen eraan te herinneren, op weg te zetten zodat ze kunnen oefenen. En blijf er vooral in geloven: er komt een dag dat ze het kunnen!
Hartelijke groeten Tania