Laat kinderen ‘echt’ zijn
over labels, verwachtingen en écht zien wie je kind is
In onze praktijk ontmoeten we steeds ouders die zich zorgen maken over hun kind. Soms vermoeden ze hoogbegaafdheid, omdat ze verschillende signalen zien. Het komt ook voor dat ze andere gedragskenmerken zien en daar angstig voor zijn. Vermoedens worden niet altijd bevestigd, noch de hoogbegaafdheid maar het komt ook voor dat er geen stoornissen worden gezien. En soms wel, wat ouders danig kan doen schrikken. Het is niet eenvoudig om met een verwachting binnen te stappen en met een gans ander verhaal buiten te stappen.
Vraag is ook in welke mate een label en/of diagnose nodig is om het kind te kunnen helpen… voor de een is het nodig omdat het een naam krijgt. Voor de ander is het net een belemmering. Eender hoe, ouders hebben vaak wat tijd nodig om te wennen aan de omschrijving. Het belangrijkste is om het kind te blijven zien onder het label.
Wat als je vermoeden niet wordt bevestigd?
Een tijd geleden schreven we er al eens een blog over. Het komt namelijk regelmatig voor dat er iets anders meespeelt bij het kind of dat de uitkomst anders is dan ouders hadden verwacht. Dat is nooit eenvoudig, want de verwachting waarmee je binnenstapt, krijgt plots een andere invulling.
Wanneer een kind aangemeld wordt met een vermoeden van hoogbegaafdheid, hopen de meeste ouders op bevestiging. Zo’n label lijkt houvast te geven, een verklaring voor wat ze zien en ervaren. Soms blijkt echter dat het niet gaat om hoogbegaafdheid, maar om iets anders of iets dat er bijkomt. Dat kan een leer- of ontwikkelingsstoornis zijn, of gewoon een ander profiel dan gedacht. Ouders verzinnen dit echter niet zomaar, dat hun kind hoogbegaafd zou zijn. Een deel van de ouders kreeg deze boodschap bij een coach of op school, een ander deel ging zelf op zoek via Facebook of las zich in.
In ieder geval komen ouders aankloppen omdat ze zich zorgen maken. Ze zoeken om handvatten, willen hun kind beter kunnen begrijpen. Als er dan iets helemaal anders uit het onderzoek naar voren komt, is dat niet gemakkelijk. Je kind krijgt misschien een label dat je niet had verwacht, of helemaal geen label terwijl je net zo op zoek was naar duidelijkheid. Hoe kun je daarmee aan de slag?
What’s in a name?
Het is belangrijk om terug te keren naar de kernvraag waarmee je als ouder ooit hulp zocht: Wat viel je op? Waar liep je kind vast? Waarom zette je de stap naar hulpverlening? Je kind is niet plots een ander mens omdat het etiket anders blijkt te zijn dan je dacht. Het blijft hetzelfde kind dat je zo graag ziet, met dezelfde noden, talenten en mogelijkheden. Een label kan richting geven, maar het verandert je kind niet. Daarom: “Kijk niet alleen naar het label, en werk met de handvaten die je krijgt.” Geen enkel label is een excuus voor problemen of een vrijgeleide voor succes. Ook hoogbegaafdheid niet!
Wanneer we kinderen gaan reduceren tot een diagnose, lopen we vast. Een kind dat voortdurend moet voldoen aan verwachtingen die niet bij hem of haar passen, kan nooit ten volle groeien of ontwikkelen. Want dan verwachten we dat een kind zich gedraagt volgens dat label. Terwijl de werkelijkheid net veel rijker en genuanceerder is. Elk kind heeft sterktes en uitdagingen, ieder kind heeft nood aan erkenning en ondersteuning en er zijn altijd mooie kanten om te zien. Het belangrijkste dat een ouder kan doen, is erkennen:
“Ik zie jou zoals je bent.”
“Je mag zijn wie je bent, met alles wat daarbij hoort.”
“Je hoeft niet te voldoen aan mijn ideaalbeeld, je bent al waardevol.”
Ouders willen het beste voor hun kinderen. Maar soms sluipt er onbewust een verwachting in: het kind moet worden wie de ouder graag had willen zijn, of wie de ouder denkt dat “succesvol” zal zijn. Dat kan subtiel gaan: een kind steeds aansporen harder te werken, slimmer te zijn, rustiger te zijn of juist opvallender. Maar het gevolg is dat het kind leert dat het huidige “zelf” niet genoeg is. En dat kan leiden tot faalangst, perfectionisme, onzekerheid of juist opstandig gedrag. Elk kind heeft kwaliteiten. Je moet ze alleen willen zien, en soms anders durven kijken dan je had verwacht.
In onze praktijk merken we dat de teleurstelling bij ouders groot kan zijn wanneer hoogbegaafdheid niet wordt bevestigd. Dat begrijpen we: je hoopte op duidelijkheid, misschien zelfs op erkenning. Toch is het gevaarlijk om die uitkomst te negeren. Want door vast te houden aan een label dat niet klopt, loop je het risico je kind verder van huis te brengen. Je mist de kans om echt in te spelen op wat er wel aan de hand is en je kind de juiste ondersteuning te bieden. Het gaat er niet om wat je kind precies is volgens een label, maar om hoe je kunt inspelen op zijn of haar noden en sterktes.
Het kind en diens (leer)behoeften centraal
Als ouder wil je het beste voor je kind. Dat is een prachtige drijfveer. Maar het beste is niet altijd dat ene label of die ene titel. Het beste is liefde, erkenning en ruimte om zichzelf te mogen zijn, wie dat dan ook is. Een kind dat mag zijn wie het is, groeit. Een kind dat zich voortdurend moet aanpassen om te voldoen aan verwachtingen, raakt uitgeput en ongelukkig.
Zie hun mooie kanten, welke naam er ook aan vasthangt. Want je kind is, en blijft, je kind.
En het is niet omdat je kind niet hoogbegaafd is dat het geen specifieke leernoden heeft. Je hulpvraag blijft, mogelijk kunnen wij je hiermee op weg helpen of minstens doorverwijzen naar iemand die daar wel in is gespecialiseerd.
Over de auteurs
Tania Gevaert stuurt samen met Lies Thomas Samen Slimmer Groeien aan. Zij is tevens co-stichter van het Steunpunt Onderpresteren vzw. Tania is psychotherapeut en ECHA specialist in Gifted Education. Ze studeerde reeds meer dan 15 jaar aan internationaal gerenommeerde instellingen (AIHP, Korzybski International, KULeuven, Radboud Universiteit, …). Ze is spreker op internationale congressen waar ze haar praktijkonderzoek deelt.
In het dagelijks werk begeleidt ze ouders, jongeren en volwassenen die hulp zoeken bij het hoogbegaafd zijn. Tania is co-auteur van het boek “Slim onderpresteren aanpakken”, “Wardje Wijsneus” en “Feiten & Fabels” en auteur van de boeken “De slimme onderpresteerder” en “Hoogbegaafd opvoeden.”
Annelies ‘Lies’ Thomas, mama van 4 puberende meiden, is kind- en jongerenpsychotherapeut (AIHP) en Talentbegeleider (Novilo). In 2024 werd ze businesspartner van Tania Gevaert bij Samen Slimmer Groeien.
Voordien heeft zij meer dan 10 jaar voor de klas gestaan. Momenteel is ze nog steeds voor enkele uren actief als muziekleerkracht in het DKO.
Lies is deskundige in hoogbegaafdheid en zet zich in de praktijk in voor het begeleiden en coachen van kinderen en jongeren. Voor psychodiagnostiek richt zij zich zowel op kinderen, jongeren alsook op volwassenen. Bij Samen Slimmer Groeien is ze vooral actief op de locaties in Hasselt en Turnhout.
Creativiteit is een rode draad doorheen het pad dat ze tot nu toe bewandeld heeft. Ze heeft een basis als muziekpedagoog.



