Dan zou het opgelost zijn, simpeler worden, gemakkelijker verlopen… zeg nu zelf, welke ouder van een kind met ontwikkelingsvoorsprong heeft dit nog niet gedacht? Je bent het strijden moe op de duur, maar ook het twijfelen put je uit: heb ik het wel goed voor?
Toen mijn kinderen in het basisonderwijs zaten ben ik heel regelmatig op schooloverleg geweest. Een keer verslikte de directeur zich zelfs in mijn uitspraak, dat vond hij niet gepast! En helemaal geen correcte vergelijking, niet politiek correct. Wat had ik gezegd?
Mijn kind voelde zich anders, ervoer dat hij niet begrepen werd in zijn vraag om meer uitdaging. Hij kreeg steeds meer van hetzelfde en ineens werd zijn handschrift onder de loep gelegd en moest hij dus eerst maar een keer netjes gaan schrijven, daarna zou hij … De frustratie was er eentje met tranen, hij had er na dit overleg helemaal geen zin meer in. Ik voelde me schuldig, had dit kind gemotiveerd om zich te tonen in de hoop dat dit positief zou uitdraaien. In mijn gekwetstheid ging ik bij de directeur langs: mijn kind had net zoveel recht op gepast onderwijs als elk ander én een zwart kind zou je toch ook niet blijven voorhouden dat het blank is omdat het dan meer op de anderen zou gaan lijken. FOUT, Tania!
Ik werkte destijds in adoptie en huidskleur was dagelijkse kost in mijn werk, maar dat vond de directeur absoluut niet kunnen. Of raakte ik de gevoelige snaar dat kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong niet teveel moeten geholpen worden… Als moeder en als coach vond ik dat het nu echt genoeg was: kon het echt niet anders?
Mevrouw: wij willen liever niet dat het kind té ver vooruitloopt
Vaak wordt wel erkend dat het kind een aanzienlijke ontwikkelingsvoorsprong vertoont, maar spelen andere bedenkingen mee. Vooral de sociaal-emotionele ontwikkeling wordt naar voren geschoven. Nog steeds kom ik onderwijsmensen tegen die ergens weet hebben van een hoogbegaafd kind waar het niet goed is mee gelopen. Het kind in kwestie werd versneld en dat liep uiteindelijk fout af: het jaar werd terug ingehaald, het ging naar het beroepsonderwijs, het maakte een moeilijke tijd door, … Dan is dat toch wel erg verrassend dat ik mijn ondertussen jarenlange carrière deze hoogbegaafden niet heb zien langskomen. Nochtans kom ik steeds op de proppen wanneer het ergens minder goed gaat. Toch blijft deze mythe hardnekkig in stand gehouden, meer nog ze is zelfs heel snel te ontkrachten: wie is dat kind en hoe liep het dan? (vroeg ik een tijd geleden, hier het antwoord)
Het kind werd versneld maar bleek in het eerste jaar hoger onderwijs niet te slagen. Het was echt nog jong, hoor.
Hmmm, hoeveel procent van de eerstejaars studenten slaagt er ook alweer in 1e zittijd? In mijn tijd (HIVT, 1986) waren er dat 21 op 425! En meer dan de helft waren bissers… Ik vroeg de dame in kwestie ook te vergelijken met andere 17- en 18-jarigen: week dit hoogbegaafde kind zo af van de norm?
Eigenlijk niet, het 2e jaar ging het stukken beter.
En toch bleef enkel hangen dat dit mogelijk, waarschijnlijk, zeker, te maken had met het versnellen destijds als jong kind.
Niet dat ik hier een boom wil opzetten voor het versnellen. Het is en blijft een ingrijpende maatregel en liefst zou ik ze zo weinig mogelijk inzetten. Wat te doen met een kleuter die al kan rekenen en de maaltafels onder de knie heeft? Moeten wij dit kind verplichten zich aan te passen en is dat überhaupt mogelijk, laat staan wenselijk voor het welbevinden van het kind?
Dit kind is, mijns inziens, niet hoogbegaafd. De ouders denken echter van wel, anders was U hier niet…
Wij melden ons heus niet altijd aan als Hoogbegaafd Opvoeden, de verwachtingen gaan torenhoog de lucht in als er al twijfel was. Dus doen we dat vaak wel discreet. En toch… kan het de olifant in de kamer opruimen als er gewoon openlijk gesproken kan worden. Wij komen voor het kind, we komen op voor het kind en zijn leerbehoeften. Wij komen ook om te luisteren: wat kunnen wij voor elkaar betekenen?
Ongeloof maakt het nog moeilijker voor het kind om zich te tonen. Vele overlegmomenten destijds op de basisscholen van mijn kinderen kwam dit naar voren: de juiste sfeer maakt dat mijn kind zich zal laten zien. Men vond het een eye-opener, maar deed er op de klasvloer weinig mee. Ik hoop steeds weer dit waar te maken voor het kind: dat het zichzelf mag en kan zijn.
Regelmatig krijg ik te horen dat het kind overschat wordt door zijn ouders, dat ze het verkeerd voor hebben. Toch heb ik deze ouders nog nooit ontmoet, integendeel bij ons komen ze zeer voorzichtig binnen en melden ons dat wij niet te snel moeten denken dat hun kind hoogbegaafd zou zijn… Ze zijn terughoudend, hebben wel eens wat overtuiging nodig.
Preventief werken: het wérkt!
En na enige tijd, als het kind zijn kansen krijgt, dan horen we dit:
Mevrouw, ik moet U zeggen, we hebben vorig schooljaar de enige juiste keuze gemaakt. Uw zoon presteert zeer goed én hij is gelukkig.
Ingrijpen voor het kind helemaal schoolmoe en uitgeblust is, het werkt echt! Je ziet heel snel resultaat. De mythe van het sociaal-emotionele dat niet goed ontwikkeld is, valt ineens aan diggelen: we zien een stralend kind dat vriendjes heeft en zich gelukkig voelt op school.
Daarom mijn oproep deze week: wacht niet te lang.